Een verschil met andere zoogdieren – jazeker, de mens is ook een zoogdier- is dat de mens meestal langdurig op een vaste plek woont. Het huis voorziet in de behoefte aan een veilige en warme plek waar hij kan eten, slapen, kan samenzijn en een gezin kan grootbrengen. Dieren moeten telkens op zoek naar een geschikte en veilige plek om te kunnen leven. In steden zoeken ze die plekken in tuinen. Tenminste, als de tuin niet betegeld is.
De mens heeft het in Nederland niet altijd zo goed gehad als nu. Natuurlijk, er zijn nog steeds verschillen. Maar de leefomstandigheden van de vroegere arbeiders in de stad zijn vergeleken met inwoners van nu die van sociale huur afhankelijk zijn sterk verbeterd. Men bouwde betere huizen waarbij de bewoner zelfs de beschikking kreeg over een stukje grond achter het huis. De gedachte was dat bewoners hier groente en fruit konden kweken en profiteerden van de frisse lucht en groen zo dicht bij huis. Er werden zelfs zogenaamde tuindorpen ontworpen. Gouda had er drie, waarvan alleen de Josephbuurt nog bestaat.
In de jaren 90 van de vorige eeuw begonnen mensen hun tuin dicht te leggen met stenen. Misschien is het niet toevallig dat toen het internet in opkomst was. Je belde nog in, en na wat piep- en kraaktonen kon je surfen op het world wide web. Inmiddels is het zoeken en kopen op internet voor veel mensen tot een eindeloze bezigheid verworden. Met de smartphone in de hand worden we de hele dag voorgehouden hoe anderen iets doen. Het algoritme zorgt er voor dat we steeds in dezelfde ‘loop’ ronddraaien.
Terug naar de tuin. Mensen die hun tuin bestraten houden kennelijk niet van planten en bomen rondom hun huis. Onderzoeken wijzen uit dat het hen vaak ontbreekt aan kennis over tuinieren. Desgevraagd geven ze aan ook weinig tijd te hebben om een tuin te onderhouden. Alles voor een gemakkelijk leven zonder last te hebben van opdringerige planten en insecten. Maar, zoals het gezegde luidt: rust roest, en uit onderzoek blijkt dat mensen met een groene tuin vaak een betere gezondheid hebben, zowel mentaal als fysiek. Hieronder kun je een verkorte versie van de uitkomsten van het onderzoek lezen.
https://www.nationalgeographic.nl/natuur-leefomgeving/a44413595/effect-van-tuin-op-gezondheid#
Functies van een tuin
Een stenen tuin dient als een tweede woonkamer. Vaak wordt er een overkapping geplaatst met daaronder een grote loungeset. Op de vloer komt een weerbestendig kleed en aan de kale schutting worden tuinposters van pittoreske mediterrane straatjes opgehangen. In bakken zie je palmbomen zoals Trachycarpus Fortunei staan, die 10 meter hoog kunnen worden. Kennelijk is er bij een aantal mensen toch wel enige behoefte aan iets levends in de tuin. Anderen kiezen voor plastic gras, plastic klimop, plastic planten of zelfs een plastic boom.
Ik vraag me af hoe het komt dat mensen zo vervreemd zijn geraakt van andere levensvormen. Ze lijken vrede te hebben met zo’n harde omgeving die in de zomer bovendien flink kan opwarmen. Bij een aantal mensen lijkt angst een rol te spelen. Angst voor beestjes die door de planten te dichtbij zouden kunnen komen.
In overwegend stenen tuinen wordt steevast op de eerste mooie dag in het voorjaar de hoge drukspuit ter hand genomen. Want de groene alg aanslag is een doorn in het oog. Ook blaadjes van bomen uit de buurt worden wekelijks met de bladblazer buiten de tuin gedirigeerd. Maar stofzuigen kan natuurlijk ook. Al dat lawaai is voor anderen een grote bron van ergernis.
Op een forum kwam ik het volgende bericht tegen:
“Ik zou nooit een huis willen zonder een tuin want ik ben graag buiten. Een tuin moet voor mij wel zo veel mogelijk onderhoudsvrij zijn. Daarom heb ik veel tegels in de tuin en een stukje border met vaste planten. In die border staan veel palmen en ik heb ook veel vaste planten in potten op de tegels. Dus mooi groen is er altijd. In de zomer heb ik echt veel eenjarige planten zoals geraniums aan de schutting hangen en in potten. Vroeger veegde ik altijd de blaadjes die van de planten af kwamen maar ik kwam er al snel achter dat de stofzuiger pakken veel makkelijker was. Het is net als stofzuigen in huis. Ik doe dit al tig jaaaren en in het begin lachten buren mij uit maar hebben dit toch overgenomen van mij. Ik wil zelf huis en tuin graag netjes hebben. Zijn er hier nog meer mensen die hun tuin stofzuigen?“
Mensen met een groene tuin lijken dichter naast de natuur te staan. In zo’n tuin zie je kruiden, vaste planten, struiken en 1 of meer bomen. Insecten, vogels en zoogdieren zijn welkom. In de winter laat de groene tuinier de tuin ongemoeid en rommelig omdat hij weet dat dit goed is voor insecten en het bodemleven. Hij hangt voer op voor de vogels. In januari doet hij mee met de tuinvogeltelling, een vorm van burgerscience. Pas in het voorjaar worden dode planten opgeruimd en hij snoeit voordat het broedseizoen begint zodat hij nesten niet verstoort. De groene tuinier hangt een bijenhotel op en doet in april natuurlijk mee met de nationale bijentelling omdat hij weet hoe belangrijk bijen zijn voor het bestuiven van ons voedsel. Hij weet dat insecten de laatste decennia met 75 % zijn achteruit gegaan. Daarom gebruikt hij geen bestrijdingsmiddelen en koopt geen planten die met bestrijdingsmiddelen zijn behandeld. In zijn tuin staan planten die vroeg en laat in het seizoen bloeien. Hij laat hier en daar wat onkruid als madeliefjes en paardenbloemen staan voor de solitaire bijen.
De eigenaar van een stenen tuin zit vooral veel in de tuin. Niet zelden met een sigaret in de hand, drankje binnen handbereik en een lap vlees op de barbecue. De groene tuinier is meestal actiever: hij kijkt op een mooie zomerdag naar de bloemen en insecten, zoekt ze op de app obsidentify, haalt uitgebloeide bloemen weg, maait het gras, trekt hier en daar onkruid uit en snoeit zonodig wat bij. en als het tuinieren gedaan is geniet hij van de bloeiende kamperfoelie die ’s avonds met haar zoete geur nachtvlinders lokt. In de schemering krijgt hij bezoek van de egel: een welkome gast die de slakkenplaag onder controle houdt. Stadsdieren zijn welkom in zijn tuin. Behalve de buurtkatten dan. Jammergenoeg geven ook zij de voorkeur aan zijn groene tuin boven de versteende tuin van hun baasje.