Ken je de stadsreus al? Het is de grootste zweefvlieg die in ons land voorkomt. Je komt hem het meeste tegen in het westen en in het zuiden en hij kan worden verward met de Europese hoornaar. Een verschil is dat hij iets kleiner is en geen wespentaille heeft. Zweefvliegen hebben vaak een bol lichaam en ook kortere antennes. Een ander verschil is dat wespensoorten wat zigzaggend vliegen. De stadsreus vliegt pijlsnel in meer rechte lijnen. Hij is weer weg voor je het weet.  Om de verwarring compleet te maken wordt hij ook wel hoornaarszweefvlieg genoemd. Zoals alle andere zweefvliegen kan de stadsreus niet steken. Een prettig verschil met wespen. 

Deze week zag ik de stadsreus een paar keer in mijn tuin. Hij bleef rustig zitten zodat ik met mijn smartphone een mooi portret in close-up kon maken. De volwassen insecten, imago’s, vliegen vooral op berenklauw, koninginnenkruid en vlinderstruiken. Maar ik zie ze ook op allerlei andere bloemen vliegen. 

De stadsreus legt haar eitjes op de bodem van een wespennest. De wespen laten haar met rust, waarom is niet bekend. De larven van de stadsreus voeden zich met afval en dode wespenlarven. Een nuttige samenwerking dus. In de herfst, wanneer alle de wespen zijn uitgevlogen, blijven de larven van de stadsreus achter in het nest en verpoppen zich pas in de zomer. Zij vormen de nieuwe generatie rondvliegende stadsreuzen. De stadsreus is een relatieve nieuweling: pas sinds 20 jaar, met de steeds warmere zomers, rukte hij vanuit het zuiden op. Hij komt vooral in steden voor omdat het daar warmer is dan in buitengebieden. 

Insecten krijgen vaak namen die met het uiterlijk of gedrag te maken hebben. Zo heb je de terrasjeskommazweefvlieg. Geen idee waarop deze naam is gebaseerd. Net als de menuetzweefvlieg. Of heb ik iets gemist en beweegt hij zich walsend door mijn tuin? Dan heb je nog de doodskopzweefvlieg. Met een beetje fantasie zie je op het lijf iets dat op een doodskop lijkt.

 

Op Struingids.nl vond de schrijver de benaming van de strontvlieg, een drekvlieg, onverdiend. Hij dankt zijn naam aan het feit dat het vrouwtje eitjes in koeievlaaien legt. De volwassen vliegen bezoeken echter de mooiste bloemen voor hun voedsel. Daarom deed de schrijver in 2019 de oproep om een betere naam voor dit diertje te bedenken met de vraag te motiveren waarom je jouw voorgestelde naam beter vindt. Een lezer vond dit kennelijk een onzinnige vraag en gaf een minstens zo onzinnig antwoord:

“Reetkeverbevervlieg (inzending: Frans Lanting, USA)
Waarom: waarom niet , waarom wel , waarom is waarom? Nou daarom en dus dit ook.”

gele strontvlieg

De strontvlieg heet overigens nog steeds gewoon ‘strontvlieg.’ Af en toe zie ik er één op mijn moestuin maar vooral boeren zullen de geelachtige vliegen op hun netvlies hebben staan. Tenminste, als hun koeien in de wei staan en niet 12 maanden per jaar binnen.

Deze week heb ik in het kader van “Nationaal Park Alle Tuinen” elke dag weer rondgekeken in mijn stadstuin. Hieronder een aantal foto’s van insecten die ik zag.