Het zijn moeilijke tijden voor mensen die de maandelijkse energierekening nauwelijks meer kunnen betalen. Behalve dat zijn ook levensmiddelen flink in prijs gestegen waardoor er steeds vaker een beroep op de voedselbank wordt gedaan. 

Ik groeide op in de jaren 60 van de vorige eeuw. Het eten was toen veel simpeler en ook minder bewerkt. Onder invloed van de eerste Italianen die als “gastarbeiders” in Nederland kwamen werken kwam er een soort verhollandste macaroni en spaghetti op tafel. Het leek qua smaak in niets op een echte Italiaanse pasta want olijfolie en Italiaanse kruiden waren nog niet algemeen verkrijgbaar. 

De Hollandse pot was standaard dagelijkse kost en op zaterdag aten wij thuis soms trommelkoek of broeder, en op maandag wasdag volstonden kliekjes en in de winter erwtensoep.  Op de fruitschaal lagen appels, peren en soms bananen en met kerst waren er mandarijnen die nu het hele jaar door gegeten kunnen worden. Fruit uit blik was ook heel gewoon in die tijd. Lekker en gezond was dat niet…

Mijn moeder kocht bij de groenteboer vaak appels van het ras Lombarts Calville.  Een mooie groen-gele appel. Ze bleven trouwens nooit lang op de fruitschaal liggen want ik was dol op die malse, sappige dingen! In de jaren zeventig waren ze nog volop verkrijgbaar maar door de veranderde smaak van de consument waren ze in de loop van de jaren tachtig niet meer aantrekkelijk voor de handel. In 1982 bestond de totale seizoensaanvoer nog voor 7 % uit Lombarts Calville. Daarna liep de aanvoer gestaag terug. 

In mijn herinnering was het de heerlijkste appel die ik ooit had gegeten. Bewust van het verschijnsel geheugenvervalsing, kocht ik vorig jaar niettemin een laagstam Lombarts Calville in de hoop na 50 jaar weer te kunnen genieten van die onvergetelijke appels. Behalve voor de smaakbeleving kocht ik hem ook als kruisbestuiver voor de  20 jaar oude Rode Jonathan appelboom die de laatste jaren weinig oogst gaf. 

En het werkte! Niet alleen had de oudere boom in jaren niet zoveel appels gegeven: ik oogste ook nog eens 11 appels van de Calville in het eerste jaar. 

Ik verheugde me natuurlijk enorm op de eerst hap van de Calville appel en controleerde elke dag of ze al plukrijp waren. Half september plukte ik de eerste groene vruchten en rook er aan. Ze gaven weinig geur af en ik begon te vrezen dat mijn smaakgeheugen mij een loer had gedraaid. 

Nadat ze een paar weken op de fruitschaal hadden gelegen zag ik dat één van de appels mooi geel gerijpt was. Ik rook er nog eens aan en ja wel hoor: ik snoof de onmiskenbare geur op van die oude vertrouwde en heerlijke Lombarts Calville. Het eten van de eerste werd een ongekend smaakfestijn. Nu nog 10 te gaan! Wat kan een mens blij worden van het terugvinden van een onvergetelijke smaak! 

Iedereen met een tuin zou zijn eigen fruit kunnen kweken, of het nu appels, peren, bramen of bessen zijn. Je dient gelijk drie doelen: een stukje zelfvoorziening nu alles zo duur is geworden, én je draagt bij aan vergroening en biodiversiteit. 

Er wordt net als in de landbouw flink met gewasbeschermingsmiddelen oftewel gif gespoten in de reguliere fruitteelt. Met je zelf geteelde appels en peren weet je tenminste wat je eet. Er komen steeds meer aanwijzingen dat landbouwgiffen een rol spelen bij het ontstaan van de Ziekte van Parkinson. 

In de jaren vijftig werd er een heel cocktail gebruikt tegen alle mogelijke belagers van fruitbomen. Mono teelten zijn immers niet anders dan een gedekte tafel voor allerlei ziekten en plaagdieren. 

Wil je dit document lezen? Klik dan op de link hieronder:

https://edepot.wur.nl/420997

Of laat je inspireren door over oude fruitrassen te lezen op onderstaande site:

https://www.bongerdgrooteveen.nl/appels.php

(Her)lees ook mijn eerder geplaatste blog over het planten van een fruitboom: